Regelmatig assisteer ik als ‘gaffer’ bij de productie van korte speelfilms. Een hobby die ik heb overgehouden uit de periode dat ik zelf nog bedrijfsvideos maakte. Een ‘gaffer’ is de lichttechnicus/electricien van de filmcrew, vaak bijgestaan door zijn ‘best-boy’. In tegenstelling tot de rol van een lichttechnicus in het theater of bij een poppodium is het bij een speelfilm de bedoeling dat het licht juist niet opvalt, uitzonderingen daargelaten. Zo ook bij de productie van de korte speelfilm van Insulea Media voor het 48 hour film project Rotterdam in Augustus 2016.
Zo op het eerste oog lijkt de taak van de gaffer dus eenvoudig; als het te donker is moet er licht bij en als het te licht is draait de cameraman zijn diafragma maar wat verder dicht, een kind kan de was doen. Zo hadden we tijdens de draaidag in Hoorn een mooie zomerse dag. Plenty licht dus, de gaffer mag naar huis. Toch is er meer…
Een felle zon betekent ook harde contrasten/schaduwen. En wie wel eens foto’s of video’s maakt weet dat een camera zulke contrasten sterker registreert dan we met het menselijk oog waarnemen.
Om dit effect te verkleinen zijn er twee oplossingen denkbaar. Op de foto hierboven is een reflectiescherm gebruikt. Zo’n reflectiescherm kent verschillende reflectiematerialen. Gebruik van het zilverkleurige oppervlak geeft een ‘koude’ reflectie omdat met name het blauwe deel van het lichtspectrum wordt gereflecteerd. Gebruik van het goudkleurige oppervlak geeft juist een ‘warme’ reflectie omdat met name het rode deel van het lichtspectrum wordt gereflecteerd. En tenslotte, het gebruik van het witte oppervlak, zoals hierboven is gedaan, geeft een smaakvolle ‘neutrale’ reflectie.
In de speelfilm is deze reflectietechniek ook toegepast. Dit is vooral te zien bij de buitenscene vanaf 0’38. Overigens is hier geen standaard reflectiescherm gebruikt maar een grote witte plaat piepschuim. Daarmee bestraal je meer oppervlak dan met een standaard reflectiescherm. Omdat het reflectiescherm natuurlijk niet in beeld mag komen is de afstand tot de acteurs noodgedwongen groot. Hierdoor is het uiteindelijke effect in de film vergeleken met de foto wat minder sterk, maar dat geeft wel weer een meer natuurlijk effect.
Een soortgelijke situatie treedt op bij de binnenscene op de bank iets verderop in de film. In werkelijkheid schijnt de zon via het zijraam op de bank en op de gezichten van de acteurs. Als we als gaffer en best-boy niets gedaan zouden hebben dan zouden ook hier lelijke harde contrasten op de gezichten zichtbaar zijn. Het gebruik van een reflectiescherm is nu echter geen oplossing, ze zouden in beeld komen en bovendien is er te weinig zonlichtoppervlak beschikbaar om überhaupt te kunnen bouncen.
In dit geval blijkt het gebruik van een ‘butterfly-scherm’ van 4x4mtr een prima oplossing. Door deze buiten voor het zijraam te plaatsen wordt het zonlicht diffuus gemaakt voor het de kamer inkomt. Dit zorgt voor een meer egale belichting zoals te zien is op 1’13. Om de resterende schaduwen nog wat te verzachten is er van binnenuit ook nog een zgn ‘kinoflow’ ingezet; een set daglicht TL lampen die zorgen voor een diffuus tegenlicht.
Dit brengt me gelijk op een ander onderwerp; de kleurtemperatuur van licht. Want hoewel het met onze ogen niet zo snel opvalt zijn er vele tinten wit licht; zo bevat binnenverlichting met gloeilampen vooral een vleugje rood, vandaar de term “warm licht”. Als je een huiskamer met gloeilampverlichting moet bijlichten dan kun je het beste ook “warm licht” filmlampen (tungsten) inzetten. Zoals bijvoorbeeld zgn ‘red-heads’ of ‘blonds’. Deze lampen hebben typisch een kleurtemperatuur van 3200-3600K. In deze 48hfp film hebben we echter geen gebruik gemaakt van “warm licht” omdat alles bij daglicht is opgenomen. De eerder genoemde ‘kinoflow’ benadert daglicht (kleurtemperatuur van 5600K).
Ik begon deze blog met dat filmlicht eigenlijk niet zou moet opvallen, uitzonderingen daargelaten. Ook in deze speelfilm is gebruik gemaakt van enkele subtiele lichteffecten. Het eerste moment is op 2’09, het moment waarop ‘Petra’ even stilstaat na een opmerking van ‘Hans’. Dit moment van stilstaan is niet toevallig gekozen, het is precies ter hoogte van de gangdeur waardoor er op dat moment via de voordeur een vleugje zonlicht op ‘Petra’ schijnt.
Het tweede moment is de scene in de keuken op 2’17. Op de muur zijn de schaduwstrepen te zien van de zon die door de vitrage schijnt. In beide gevallen is gebruik gemaakt van een HMI lamp. Dit is een hoge intensiteit daglichtlamp (6000K, 850W) die vaak gebruikt wordt om zonlicht na te bootsen op plekken waar die even niet of onvoldoende beschikbaar is.
Kenmerkend voor deze film crew was ieders professionele inzet. De tekstschrijver (Ron), regisseuse (Elles) en cameraman (Michiel) hadden duidelijk voor ogen wat ze wilden bereiken. De acteurs (Nienke en Marck) speelden glansrijk hun rol. De producer (Nick) had geregeld dat de juiste faciliteiten aanwezig waren. De productieleidster (Zamira) had alles onder controle. De gastheer (Maurice) en gastdame (Hendrika) gaven ons alle vrijheid in hun woonhuis, je moet het maar durven. En de rest van de crew wist naadloos in te vullen wat er van hen gevraagd werd. Ik heb met name met veel plezier samengewerkt met best-boy Mike Meijsen van Westerpark Studio, die ook alle lichtapparatuur leverde. Dat beviel zo goed dat we de volgende keer de rollen omdraaien, dan is Mike de gaffer en ben ik ‘grandpa’.
Waarschijnlijk kijkt U met deze voorkennis anders naar deze korte speelfilm dan voorheen, en wellicht vanaf nu ook naar andere speelfilms. In elk geval veel kijkplezier!